We schrijven het gezegende jaar 1888. Op een zanderige vlakte in Wilrijk, die eigendom is van het Ministerie van Landsverdediging en door militairen wordt ingepalmd, ziet de Antwerp Golf Club het levenslicht. Het stamnummer 1 wordt virtueel toegekend, want we staan aan het begin van de Belgische golfgeschiedenis.

132 jaar geleden was golf al lang populair op de linksbanen van de Britse eilanden, maar het Europese vasteland ontdekte de sport pas veel later. Enkel op de Golf van Pau, die in 1856 werd geboren, werd toen al golf gespeeld. In ons land geldt Antwerp dus als pionier, ook al wordt gefluisterd dat Engelse toeristen toen al een balletje sloegen in de tuinen van Château Hôtel d’Ardenne in Houyet.

Elementair, mijn beste Watson!

Zoals men kan veronderstellen kadert de geboorte van de Antwerpse club in een Britse sfeer. Zo worden de statuten van de Antwerp Golf Club op 16 maart 1888 op papier gezet op initiatief van W.J.R. Watson, een onderdaan van het land van Her Majesty. Engels is trouwens de voertaal op de 1e tee. Logisch, want het merendeel van de bestuursleden zijn Britten die zich om beroepsredenen in de Metropool hebben gevestigd. Deze gentlemen willen de magie van de golfsport uitdragen – en van andere sporten, zoals voetbal, tennis en cricket – om hun vrije tijd in te vullen.

Er blijven maar weinig documenten over uit deze glorieuze periode. We weten wel dat het jaarlijks lidgeld op 40 frank was bepaald, waarvan 10 frank instapgeld. Het origineel parcours, dat geïmproviseerd werd op het veld van de legermanoeuvres, was vrij rudimentair. Maar het belangrijkste is natuurlijk dat dit de spelers de kans bood om – met de middelen waarover ze beschikten – hun passie te beleven.

Een scorekaart uit 1900 verschaft amusante info. Zo mat het parcours 4699 yards. Het was opgebouwd met zes par 5-holes en zowaar twee par 6-holes. Wat opvalt: geen enkele par 3. De normen van toen waren inderdaad heel anders dan nu. Dat kwam ook door de uitrusting. Zo gold een hole van 330m toen als een par 6!

Een zelfde vaststelling voor wat betreft het onderhoud van de baan. Daar was systeem-D in voege, want bij gebrek aan echte maaimachines kreeg een herder de opdracht om zijn schapen te laten grazen op de fairways en op wat moest doorgaan voor de greens. Het was geen minpunt voor de club die goed draaide en heel wat competities organiseerde voor zijn leden, zoals de populaire ‘monthy medals’. Waarna de spelers hun 19e hole invulden in herberg Dikke Mee. Daar reden ze naartoe met de tram. Het bier was er naar verluidt erg lekker. Het stroomde dan ook bij beken…

Ladies first!

In 1901 profileert de Antwerp Golf zich als een echte voorloper, want voorzitter Gustave Proctor – opvolger van W.J.R. Watson – opent de clubdeuren voor de Ladies. Dat is een primeur en gezien de context zelfs een paleisrevolutie, want de gelijkheid der seksen was toen nog geen prioriteit. Zeker niet gezien het toenmalige ‘machogehalte’ in de golfwereld. Maar voor het comité waren de Ladies ‘intitled to all privileges of an ordinary member’, waarna de club twee kandidaten inschreef als ‘full members’.

Hoewel de leden het naar hun zin hebben in Wilrijk spelen zij natuurlijk op een militair terrein. Dat maakt de verstandhouding tussen de golfers en de generaals niet altijd even soepel. Officieren te paard klagen luidop over de beruchte ‘divots’ waar hun paarden mogelijk hun benen op kunnen breken… Het conflict wordt opgelost met een ‘compromis op z’n Belgisch’: de golfers verbinden er zich toe om hun divots te herstellen en de officieren van het garnizoen krijgen de kans om lid te worden voor de helft van het normale lidgeld.

Cappellen-Bosch

Na een tijdje wil de Antwerp Golf Club toch liever een nieuwe richting inslaan. Het parcours van Wilrijk heeft zijn tijd gehad en beantwoordt ook niet meer aan de verwachtingen. Dit is het begin van de 20e eeuw en golf beleeft een kleine Belgische boom. Heel wat gerenommeerde clubs openen de deuren: in Tervuren (Ravenstein), De Haan, Gent en Knokke. Hun infrastructuur is er merkelijk beter. En dus voelt Antwerp zich verplicht om te reageren.

Vanaf 1904 gaat het comité in de regio op zoek naar een nieuwe bestemming die beter aansluit op de ambities. Na een doorgedreven audit valt de keuze op een domein van 40 ha in Kapellenbos (Cappellen-Bosch). Dat ligt een 15-tal km buiten Antwerpen en op een halfuur sporen vanuit het centrum. Speciaal voor de golfers wordt vlakbij de nieuwe baan zelfs een treinstation gebouwd.

Er wordt een naamloze vennootschap opgericht met een kapitaal van 125.000 franken (gefinancierd door de vele leden). In enkele maanden tijd wordt een nieuwe golfbaan geboren door toedoen van architect Willie Park Jr., een voormalige winnaar van de British Open.

Op 1 september 1912 volgt de officiële inhuldiging van de Antwerp Golf Club. De bosrijke omgeving is uniek. Wat een rust, wat een kader! ‘In aanwezigheid van heel wat leden sloeg voorzitter John Proctor de eerste drive’, lezen we in het proces-verbaal van de club. Dat is opgesteld in het Frans, toen de voertaal binnen de club. Het nieuwe clubhouse, een prachtige villa met terras, wordt al snel ‘the place to be’.

Bij zijn geboorte telt de ‘nieuwe’ club zo’n 300 leden (200 mannen & 100 vrouwen). Hij werpt zich meteen op als een van de locomotieven van de Belgische golfsport en heeft een grote inbreng bij de oprichting van de Federatie in 1912. Twee jaar later verwelkomt het parcours van Cappellen-Bosch, dat bij elkeen in de smaak valt, de 5e editie van de Open van België. Die wordt in de pletsende regen gewonnen door Tom Ball.

Enkele weken later weerklinkt het geluid van Duitse laarzen en mogen de golfers hun illusies opbergen. De Antwerpse club overleeft het vierjarig conflict niet zonder de nodige averij. Hoewel de baan zelf weinig schade heeft opgelopen, dient heel wat heropgebouwd. Het clubhouse wordt opgefrist en er komt elektriciteit in het secretariaat waar een schrijfmachine het leven van de bedienden gemakkelijker maakt. Ook het parcours krijgt aandacht met de aankoop van een grasmaaier op benzine en een tractor. De schapen van Wilrijk zijn definitief geschiedenis…

 

Koninklijk!

1925 staat voor groot nieuws, want koning Albert I verleent de titel ‘Koninklijk’ aan de club die definitief voor rood en wit kiest als officiële kleuren. In de slipstream en nog altijd voortbordurend op zijn succes beslist de RAGC om het domein uit te breiden. Dat gebeurt in 1929 wanneer de club onverhoopt de hand kan leggen op een extra 30 ha heide die door een vertrekkende buur te koop worden aangeboden. Een geschenk uit de hemel!

Om de nieuwe baan uit te tekenen wordt in 1930 een beroep gedaan op Tom Simpson. De gerenommeerde architect laat zijn magisch potlood de vrije loop. Het resultaat is dat de club nu over een 18 holes championship course en een 9 holes beschikt. Beide liggen in een prachtig decor en zijn perfect geïntegreerd in de natuur.

De 18 holes championship course is van een heerlijk classicisme. Het is een echte parel met heel wat doglegs. De Royal Antwerp is plots niet alleen de oudste club van het land, maar wellicht ook de mooiste! De handtekening van Tom Simpson, die onder meer ook Morfontaine, Chiberta, Fontainebleau, Chantilly, Spa, Sart-Tilman en Hainaut tekende, is alomtegenwoordig. Dat merk je bijvoorbeeld aan de manier waarop de greens door bunkers worden beschermd. Heerlijk om naar te kijken, uitdagend voor de golfer.

 

Het record van Strange

De invasie van 1940 en de vreselijke bezetting hebben zware gevolgen voor het leven in de Antwerpse club. Tijdens WOII bezet de Wehrmacht het dorp Kapellen en eist het clubhouse op. De Duitsers offeren een 10-tal ha van de groene zones op om maïs en aardappelen te telen, maar in fine hebben enkel de holes 13 en 14 daar onder te lijden. Bij de Bevrijding in 1944 slaan heel wat obussen in op de baan. Zo ligt een V1 aan de oorsprong van de bunker aan de rechterkant van de green op hole 4! In een opwelling van sympathie en gulheid opent de club op het einde van WOII zijn installaties gratis voor Britse en Amerikaanse troepen. Die gaan daar gretig op in.

De wederopbouw gaat niet zonder slag of stoot, maar een kapitaalsverhoging zet de Royal Antwerp op weg om weer sportief en financieel gezond te worden. In 1954 wordt de Open van België georganiseerd met de Brit David James Rees als winnaar. Een topper die vervolgens gepromoveerd wordt tot captain van het Ryder Cupteam.

In 1956 is de club gastheer van de Joy Cup: een prestigieus duel tussen de beste professionals van Groot-Brittannië en het Europese vasteland. De eilanders (met P. Alliss, H. Weetman, C. O’Connor, E. Brown en hun captain Henri Cotton) halen het makkelijk van een team waarin we natuurlijk ook de Belgische superkampioen Flory van Donck terugvinden.

In 1980 is de RAGC het schouwtoneel van de Trophée Laurent-Perrier. Hieraan nemen acht topprofessionals deel, waarbij Gary Player en Curtis Strange. De Amerikaan is in topvorm en bewijst dat: hij wint en verpulvert tegelijk het baanrecord. Hij scoort 62 terwijl koning Leopold III toekijkt. Tijdens datzelfde toernooi maakt de Spanjaard Angel Gallardo een hole in one op hole 12!

In 1988 viert de club zijn eeuwfeest met de Ladies Godiva European Masters. Die wordt gewonnen door de Australische Karen Lunn.

 

Kampioen van België!

Vandaag telt de Royal Antwerp 132 lentes en draait nog altijd op volle toeren. Nergens een spoor van slijtage. In Kapellen, op het terras van het clubhouse, lijkt de tijd voor eeuwig stil te staan en dit tot grote vreugde van de 1050 leden en de vele gastspelers.

De RAGC leverde ook heel wat uitstekende golfers af. We denken hierbij aan Charles Laurencin, Charles Kreglinger, Richard Van Wijck, Jean Mortelmans en natuurlijk aan Didier de Vooght, lange tijd prof op de Europese Tour. Bij de dames voerden onder meer Juliette de Schutter, Daisy van Hoek, Aline Van der Haegen en Valentine Gevers het clubembleem hoog in het vaandel.

Ook de nieuwe generatie laat zich niet onbetuigd. Zo werd het Herenteam 1 in 2019 winnaar van de Interclubs in Divisie 1 en dit dankzij spelers als Alan De Bondt, Rodi Vlasveld, Gaëtan Van Baarle en Hervé Gevers. Een zoveelste hint dat men tegelijk de oudste club van het land kan zijn én een jong veulen!

De Royal Antwerp vaart dus meer dan ooit een winnende koers. De recente renovatie van het clubhouse (en zijn dak) is daar het mooiste bewijs van. De beide banen – de 18 holes Tom Simpson Course en de 9 holes Dormy House – worden tot in de puntjes verzorgd. Dat gebeurt onder leiding van Barry Williams, de nieuwe head greenkeeper.

Heel wat bomen werden geveld om de luchtdoorstroming naar de tees en de greens te bevorderen. Dat gebeurde in overleg met het Agentschap voor Natuur en Bos. Het resultaat mag gezien worden, want ondanks de beperkingen op het gebruik van pesticiden liggen de 27 holes er picobello bij. ‘In principe hadden wij dit jaar de finale van de Interclubs moeten ontvangen. Door de coronapandemie was dit niet mogelijk. Hopelijk is dit maar uitgesteld tot 2021’, aldus Frédéric de Vooght, de manager van deze sportieve en familiale club die verknocht is aan de echte waarden van golf. Een stamnummer 1 in alle geledingen van het woord.

Members Only partner and editor

Comments are closed.