Al sinds 1922 is Holemans de belichaming zelve van authentiek vakmanschap. Van het ontwerp tot de laatste polijstbeurt: elk juweel wordt er met de hand gemaakt binnen het grootste respect voor traditie. De centrale rol van het atelier en een voortdurende zin om zichzelf opnieuw uit te vinden zijn de geheimen achter 100 jaar Brusselse juweelpracht.


100 jaar Made in Belgium juwelen van het hoogste niveau: dat moet gevierd worden! Het aantal Belgische huizen dat de tand des tijds even glansrijk doorstond en hun knowhow kon doorgeven aan verschillende generaties zijn inderdaad beperkt. De geschiedenis van Holemans begint met Henri Holemans. In 1914 wordt hij, samen met de rest van de Belgische jeugd, opgeroepen om te vechten. De soldatenkoning maar tegelijk ook visionaire leider Albert I liet in de loopgraven vakscholen oprichten. Daar ontdekt de jonge Henri zijn roeping als goudsmid door er het koper van granaathulzen te bewerken. Toen de rust eenmaal was teruggekeerd, besluit hij in 1922 zijn eigen atelier op te richten. Daar vervaardigt hij tot in 1950 prachtige kerkstukken (cibories, kelken, kruisen) in zilver, goud en verguld, bezet met edelstenen en gecombineerd met sobere en geometrische Art Deco-accenten waarvan België de bakermat was. Een succes!

Zijn religieuze werken, die over de hele wereld te vinden zijn en waarvan sommige behoren tot de ‘schat’ van de basiliek van Koekelberg, waren het resultaat van diepgaand technisch onderzoek dat in het grootste geheim werd doorgegeven aan zijn zoon, Jean. Een van die grote geheimen was het gebruik van kostbare lakken – geleerd van een Japanse meester – dat onder andere terugkwam in de bekende ‘Tulipe’-broches in goudbruine en eierschaalkleurige lak met geelgoud en diamanten. Ook vandaag is lak, gemaakt van het sap van de ‘urushi’-boom, nog steeds een belangrijk handelsmerk van het huis om een fascinerende look te geven aan een juweel. Voor elk object zijn meer dan twintig laagjes nodig, met telkens acht uur droogtijd tussendoor. Elk gelakt juweel bezet met parelmoer, schildpadschelp en/of bladgoud wordt daarmee een zeldzaam en kostbaar object. Sawako Narita, de huidige ontwerpster en tekenares bij Holemans, zet die traditie verder door op zoek te gaan naar innovatieve pigmenten voor nieuwe lak-looks. Verder gaf ze ook een hedendaagse twist aan de ‘Solitaire Antilope’, één van de iconische verlovingsringen van het huis ontworpen door Jean Holemans in 1980. Van de ring, toen nog in geel goud met platinum bandjes, werden honderden exemplaren gemaakt. Vandaag is ze verkrijgbaar in wit goud bezet met diamanten en heeft ze een strakker, slim ontworpen tweezijdig profiel voor extra allure en een nieuwe dynamiek. Oftewel stijl anno 2022.

Holemans in Parijs

Continuïteit. Zo vatte Moïse Mann enkele jaren geleden de overname van Holemans samen die het voortbestaan van dit grote Belgische luxemerk zou verzekeren. Wie anders zou de toekomst van het huis beter kunnen verzekeren dan hij? In 2013 besloot Thierry Holemans, de derde generatie van het familiebedrijf, zich terug te trekken en het huis in handen te geven van ‘iemand intern’. Moïse Mann was maar liefst 17 jaar actief binnen het huis als gemmoloog, juwelier, verkoopsverantwoordelijke en vervolgens zelfs als manager van de corner die Holemans had geopend op de Place Vendôme in Parijs. Het filiaal op het meest iconische plein ter wereld, tussen de bekendste juweliers ter wereld, kwam er in 1998 op initiatief van Thierry Holemans. De grote troef van de Parijse vestiging? De combinatie van creatie en productie. Voor de evolutie van heilig naar profaan waren drie generaties nodig, maar de bekende Holemans-spirit, die was er van bij het prille begin. Waar we die terugvinden? In het atelier, natuurlijk. ‘Daar zit onze kracht en onze voornaamste troef’, aldus Thierry Holemans. ‘Een atelier in het hart van het pand is een bijzonder zeldzame luxe geworden … zelfs in Parijs.’ Voor de gelegenheid ging Thierry samen met zijn team op zoek naar innovatie van het hoogste niveau. Zo kwamen ze op het idee om orichaclum, een high-tech legering uit de ruimtevaarttechnologie (in samenwerking met Professor Van Humbeeck van de KU Leuven), te gaan gebruiken. Doordat dit nieuwe metaalcomposiet zelfstandig van vorm kan veranderen op basis van lichaamswarmte, was het de aanzet voor een ongezien segment van ‘levende’ juwelen. Er wordt gezegd dat geen enkele andere innovatie nog zo voor opschudding had gezorgd binnen de doorgaans vrij gesloten luxejuwelenwereld als de ‘onzichtbare zetting’ van Van Cleef & Arpels. Helaas kende het Parijse avontuur niet het beoogde resultaat en sloot het na drie jaar de deuren.

Holemans op de Zavel

Het verhaal van een prestigieus huis eindigt nooit. Het wordt geschreven en herschreven met de tijd. In 2014 laat Holemans de Louizawijk achter zich (de boetiek zat eerst in Ma Campagne, vervolgens in de ‘flessenhals Louiza’ en later nog op de binnenplaats van het Conrad Hotel, red.) en trekt het richting Grote Zavel 4. In samenwerking met architect Olivier Dwek was Moïse Mann persoonlijk verantwoordelijk voor deze nieuwe thuis. De typische kleuren (oranje en zilver) nemen de ruimte over. Kostbaar houtwerk, natuursteen, muren van geborsteld aluminium en een glazen dak in Art Deco-stijl zorgen voor een verfijnd karakter. De hoge kwaliteit vinden we ook terug in de inrichting van het geklasseerde pand waar kunst (Gilbert & George, Alechinsky, Claudio Parmiggiani, Strebelle) en designmeubels (Joseph Walsh) afgewisseld worden met de unieke juwelencollecties. Ook milieuvriendelijkheid is een must. Zo worden alle juwelen gegarandeerd gemaakt uit ethische en duurzame materialen. De collecties worden in meer dan 95% van de gevallen vervaardigd uit gerecycleerd goud – en dat al tien jaar lang. Alle diamanten zijn afkomstig uit legale bronnen en zijn niet betrokken bij de financiering van gewapend conflict in Afrika (Kimberley-certificaat). Een aanpak die Holemans nu al een toekomst garandeert boordevol prachtige ontdekkingen.

Members Only freelance reporter

Comments are closed.