20 jaar! Zo lang is het inderdaad geleden dat Porsche de kleine wereld van de sportmerken op zijn grondvesten liet daveren. 20 jaar sinds de Cayenne de puristen in tranen deed uitbarsten. 20 jaar dat hij de sceptici binnenpretjes bezorgt. 20 jaar dat hij steeds beter wordt en als succesformule door het leven gaat. Die verjaardag verdient een bloemetje en enkele pagina’s.


2002. Het autosalon van Parijs. Porsche slaat de wereld met verstomming wanneer het de definitieve versie onthult van een project dat eind jaren 90 op stapel is gezet. Op de stand en naast de legendarische 911 met Boxstermotor pronkt een kolos van 4,78m lang en 1,70m hoog. Porsche heeft het ondenkbare waargemaakt: een fabrikant van sportwagens – en niet de minste – brengt een grote 4×4 op de markt. De auto wekt het volledige scala van denkbare emoties op: van diepste haat tot absoluut enthousiasme, met verder ook verbijstering en geïnteresseerde nieuwsgierigheid. Het is een moment dat zowat iedereen zich herinnert. Maar wat het grote publiek mogelijk niet weet, is dat de Cayenne voor Porsche een verhaal was van ‘alles of niets’.

Labiel evenwicht

De context waarin de Cayenne gelanceerd wordt – onder de naam ‘project Colorado’ – is inderdaad allesbehalve briljant. Sinds het midden van de jaren 80 zit Porsche in een neerwaartse spiraal. Met wereldwijde verkoopcijfers die langzaam wegzakken, van zo’n 50.000 eenheden in 1986 naar minder dan 15.000 in 1992. Het is bekend dat Porsche altijd geprobeerd heeft om uit zijn 911-monocultuur te breken. Hoewel enkele redelijke successen worden geboekt, zijn noch de instapmodellen 924, 944 en 968, noch het topmodel 928 (bedoeld om de 911 te vervangen) bij machte om het merk voldoende stabiliteit te bieden. Daardoor stapelen de financiële verliezen zich op en is de nochtans succesvolle lancering van de kleine Boxster in 1996 een druppel op een hete plaat. Ziedaar de situatie waarin het merk zich bevindt wanneer zijn dirigenten op zoek gaan naar een idee dat de kentering moet inluiden. Net in die periode brengt een groot luxemerk een luxe-SUV op de markt en dat recept lijkt aan te slaan. We verwijzen hierbij naar de Mercedes ML. Kort daarop brengt BMW zijn X5 uit. Mogelijk stelde deze nieuwkomer de ingenieurs bij Porsche gerust over de levensvatbaarheid van hun grote baby die nog altijd in ontwikkeling is. Dit gezegd zijnde: dat een luxemerk een SUV maakt, oké. Maar een merk van sportauto’s?

Blufpoker

Ja, het Colorado-project was een potje blufpoker dat het merk zou redden of zijn ondergang inluiden. Want Porsche levert nooit half werk. Akkoord: in Volkswagen, waarmee de banden toen niet zo nauw waren als nu, vond het een partner om het gewicht van de investeringen te delen. Wat weinigen weten, is dat de Cayenne inderdaad zijn platform en later ook enkele motoren deelde met de VW Touareg. Porsche ging er dus niet in zijn eentje voor, maar toch. Omdat de industriële capaciteit ontoereikend was, moest het merk een gloednieuw ontwikkelingsbureau oprichten. Dat gebeurde in een gehuurd gebouw dat tegen hoge kosten werd verbouwd. Eens de productie diende opgestart, werd in Leipzig een gloednieuwe fabriek gebouwd. De investeringen waren dan ook gigantisch. Zonder het commercieel succes van de Cayenne was een faillissement onafwendbaar geweest. Maar gelukkig liep het anders.

Wereldwijd succes

Terug naar Parijs en naar 2002, met een auto die zijn fabrikant blij maakt met een lange lijst van primeurs. Eerste terreinwagen van het merk (als we de Junior en Super niet meerekenen, de… tractoren die Porsche in de jaren 50 bouwde), eerste 5-deurs met 5 zitplaatsen, eerste V8-motor sinds het afscheid aan de 928 zeven jaar eerder. Met de evoluties en de generaties wordt de Cayenne ook het eerste dieselmodel van het merk en de allereerste premium SUV ter wereld met een plug-in hybride motor. En dat is lang niet alles.

Meer was niet nodig om de Cayenne snel populair te maken bij de klant en dat ondanks de tranen bij de puristen. Al waren die soms katholieker dan de paus. Want terwijl iemand als Enzo Ferrari zich in zijn graf zou omdraaien bij de introductie van de SUV-achtige Purosangue was Ferry Porsche in de eerste plaats een pragmatische ingenieur. Zo zou hij ooit gezegd hebben: ‘Als we een terreinwagen zouden bouwen die uitgaat van al onze kwaliteiten, zou hij zeker verkopen.’ De geschiedenis gaf hem gelijk, want de Cayenne was van meet af aan een verkoopshit en dit van de USA tot in Rusland (met z’n nieuwe miljonairs) en van Europa tot het Midden-Oosten (voor China kwam hij te vroeg). Twee jaar geleden, toen hij meerderjarig werd, vond het miljoenste exemplaar een koper.

Ondanks of dankzij?

Blijft de hamvraag: moeten we Porsche bedanken of de Cayenne? Om eerlijk te zijn: het spontane antwoord van de fan is ‘neen’. Want als luxewagen van een legendarisch merk heeft hij, samen met de Mercedes ML en de BMW X5, het SUV-verlangen in alle lagen van de bevolking mee aangewakkerd. Waarna ook de andere fabrikanten van ruimere gamma’s op de kar sprongen. Tot de markt verzadigd was en het huidige saturatiepunt werd bereikt: SUV’s alom, altijd en voor iedereen. Dankzij de Cayenne of ondanks?

Met natuurlijk dit subtiele verschil dat de Cayenne Porsche gered heeft. We zouden zelfs durven stellen: zonder de Cayenne geen 911 meer. Geen geld meer om de meest legendarische sportwagen in de wereld verder te blijven verbeteren. En we kunnen zelfs nog een stap verder gaan, want met de Cayenne werd een precedent gecreëerd. Zo is de DBX nu goed op weg om Aston Martin te redden, dat in de loop van zijn geschiedenis van de ene crisis de andere is ingedoken. Zo zette de F-Pace Jaguar weer op het juiste spoor, ook al is dat nog altijd vrij fragiel. En deed de Purosangue… Neen, stop! Want Ferrari is al vele jaren financieel gezond en had geen SUV nodig om te overleven. Kortom: als de Porsche Cayenne inderdaad het magische recept schreef dat legendarische merken van de ondergang heeft gered, dan zeggen wij alleen maar: ‘Thanks & happy birthday!’

Members Only freelance reporter

Comments are closed.