Dit jaar viert het WK Formule 1 zijn 70e verjaardag. Voor ons een ideale invalshoek om terug te blikken op deze legendarische competitie.


Dit jaar wordt samen met de start van het seizoen de 70e verjaardag van het WK Formule 1 gevierd. Voor alle duidelijkheid: het WK is niet hetzelfde als de discipline, want de categorie ‘Formule 1is nog veel ouder. Die ontstond al in 1946 en omvatte ook toen al heel wat wedstrijden. Terwijl de eerste officiële kampioenschappen minder dan een 10-tal races per jaar telden, namen de auto’s en de piloten alles samen aan een dikke twintig wedstrijden deel, waarvan de meeste niet meetelden voor de titel.

Dat maakt van 13 mei 1950 de startdatum van het eerste WK Formule 1, met een Grote Prijs van Groot-Brittannië op het circuit van Silverstone. De winnaar van die eersteling is niemand minder dan de legendarische Giuseppe Farina met een Alfa Romeo. Hij wordt later ook de eerste wereldkampioen in deze koningsdiscipline. Noteer dat in de eerste jaren enkel de piloten bekroond werden. Het WK voor constructeurs kwam er pas in 1958.

“Van mannen en auto’s”

In die 70 jaar bouwden heel wat merken een mythische status op of hielden die in stand. Zoals gezegd was Alfa Romeo de eerste die zijn naam op de erelijsten schreef. We kunnen ons dit de dag van vandaag nog moeilijk voorstellen, maar in de eerste helft van de 20e eeuw was Alfa een gigantische naam in de autowereld en de racerij. Het dankte die faam aan een excellente technische directeur die de dominante F1 Alfa (en dit al eind de jaren 30) had ontworpen en vervolgens onder zijn eigen naam geschiedenis zou schrijven. Straks daarover meer. De eerste wereldkampioen Formule 1 reed dus met een Alfa. En ook de tweede, want in 1951 won een man wiens naam tot een populaire uitdrukking zou evolueren, zijn eerste van in totaal vijf wereldtitels Formule 1. Een record dat pas 45 jaar later verbeterd zou worden door Michael Schumacher. Inderdaad: we hebben het over ene Juan Manuel Fangio.

Een ander legendarisch merk dat het vandaag minder goed doet en waarvoor de F1-fans nog altijd warm lopen, is Lotus. Het staat vierde in de F1-erelijst voor wat betreft het aantal gereden Grote Prijzen (606) en wereldtitels bij de constructeurs (7), en had een aantal legendarische piloten achter het stuur: Graham Hill, Jim Clark, onze nationale held Jacky Ickx, Nigel Mansell en natuurlijk… Ayrton Senna. De F1 Lotus stond lange tijd ook voor de meest emblematische looks in de geschiedenis van deze sport: de zwarte lak met gouden letters, beter bekend onder de naam ‘John Player Special’.

“Dandy”

Als we het over Formule 1 hebben, moet men geen kenner zijn om meteen ook aan McLaren te denken, waarvan het rood en wit al even beroemd is als het zwart van Lotus. Hoewel het nu al enkele jaren is weggezakt naar de middenmoot van het WK blijft McLaren een legendarische renstal, want zij staat tweede op de erelijst inzake gereden Grote Prijzen (863 op het einde van het seizoen 2019, en de teller gaat nog door), zeges (182), titels bij de piloten (12), podiumplaatsen en pole positions. Ook hier is de lijst met piloten indrukwekkend: Jacky Ickx (alweer hij), de dandy James Hunt en zijn grootste vijand Niki Lauda, Gilles Villeneuve, Mika Häkkinen, Fernando Alonso, Lewis Hamilton, en vooral een duo dat niet altijd even close was, maar wel tekende voor een aantal topmomenten in de F1-geschiedenis: Alain Prost en Ayrton Senna.

Net zoals McLaren is ook Williams van de top weggezakt naar de bodem. Het is nochtans derde voor wat betreft het aantal zeges (114), pole positions, podiumplaatsen, en zelfs tweede voor wat betreft de titels bij de constructeurs (9). Ook daar heel wat helden achter het stuur, zoals Prost, Senna, Ickx (wel ja…), Pescarolo, Lafitte, Keke Rosberg (en zijn zoon Nico), Mansell, Piquet… Toch is zijn aura minder sterk als de andere stallen die we opnoemden. Mogelijk omdat dit een ‘one shot’-renstal is waar de piloten nooit meer dan één titel wonnen. Who knows?…

“Mercedes: door Le Mans”

Zonder een vreselijk ongeval in de… 24 uur van Le Mans zou Mercedes wellicht de onbetwistbare nummer één zijn in de Formule 1-geschiedenis. Het was inderdaad als gevolg van een dodelijk drama in de Sarthe in 1955 dat de constructeur zich terugtrok uit alle raceactiviteiten, en dat twee jaar nadat het de F1 met kop en schouders had gedomineerd. Het keerde terug in 1994: eerst als ‘simpele’ motorist, vanaf 2010 als volwaardige renstal. Sinds 1994 – aan de hand van een motor of onder de eigen naam – is Mercedes goed voor tien titels bij de piloten en acht bij de constructeurs. Het cumuleert beide nu al sinds 2014: de langste ononderbroken reeks ooit! Al naargelang de statistieken won de renstal tot dusver 48%¨van de races waar zij aan deelnam, tegen 24% voor Ferrari. Zonder die bijna 40 jaar lang durende afwezigheid had dit palmares dus nog veel gigantischer kunnen zijn. Qua piloten is de lijst bij Mercedes duidelijk minder lang, maar twee namen springen boven alles en iedereen uit. Deze van Lewis Hamilton, die volop bezig is om zijn eigen legende te schrijven (en nog één wereldtitel en zeven Grand Prixsuccessen nodig heeft om de records van Michael Schumacher te evenaren), en degene van de allereerste wereldlegende in de autosport die bij Mercedes drie van zijn vijf wereldtitels veroverde: Juan Manuel Fangio.

“Ferrari: binnenkort 1000 Grote Prijzen” 

Wel dient gezegd dat het merk dat onvermijdelijk gelinkt is aan de Formule 1 werd opgericht door een ex-werknemer van het reeds genoemde Alfa: Ferrari. Het is simpel: Ferrari ìs Formule 1! Het is de enige renstal die sinds 1950 elk jaar present is geweest; de enige ook die geboren werd voor competitie en vervolgens auto’s voor op de weg gingen bouwen om zijn competities te financieren. De enige ook die altijd zijn chassis en zijn motoren heeft gebouwd. De renstal waarvan gezegd wordt dat hij een crisis doormaakt wanneer hij maar tweede is in het WK. Ferrari nam deel aan 991 Grote Prijzen (de 1000e is dus voor dit jaar, de GP de France). Het won 238 races en was 16 keer kampioen bij de constructeurs en 15 keer bij de piloten. Vijf daarvan komen op het conto van Michael Schumacher. Het is de stal waar elke F1-piloot ooit een keertje wil voor uitkomen. Zelfs Lewis Hamilton, die nochtans niet te klagen heeft, gaf toe dat hij er soms van droomt om ‘in het rood’ te winnen. Daarmee zou hij dan in het rijtje komen van een ongelofelijke lijst met piloten die de meest mythische van alle F1-bolides mochten besturen: Ascari, Fangio, Trintignant, Paul Frère, Surtees, Bell, Jacky Ickx (of wat had u gedacht?), Gilles Villeneuve, Mansell, Berger, Prost, Alonso, Vettel en natuurlijk ook de (op dit ogenblik) meest gelauwerde F1-piloot ooit: Michael Schumacher, goed voor 91 zeges en zeven wereldtitels.

“Niet te missen”

F1-fan of niet: we bevelen hoe dan ook en met veel enthousiasme Rush aan, een prent uit 2013 door Ron Howard. De film schetst een goed beeld van de rivaliteit binnen de Formule 1 in de jaren 70: de jaren van James Hunt en Niki Lauda, twee tegenstrijdige karakters. De eerste is het archetype van de playboy-piloot, getalenteerd en flamboyant, die soms reed onder invloed van alcohol of drugs. De tweede was koel, harde werker, methodisch en 1000% ‘in the zone’. Deze prent is een must, zelfs voor de leek.

Idem dito voor de docureeks Drive to Survive. Ook al zorgt de montage voor wat overdreven extra dramatiek: deze reeks laat u kennismaken met de coulissen van de Formule 1 en met de angsten en dromen van de piloten, de onderlinge rivaliteiten, de tumultueuze einde-contracten. Bijna niets blijft verborgen. Bijzonder opwindend dus, en dat wordt het wellicht nog meer de komende jaren, want nadat Ferrari en Mercedes hun medewerking hadden geweigerd aan het eerste seizoen (met het WK 2018) zijn ze present in het tweede seizoen. Dat belooft, want het WK van 2019 was behoorlijk rijk aan ruzies, ontgoochelende prestaties en polemieken!

Tenslotte nog dit: als u een van degenen bent die hebben afgehaakt omdat ze het beu waren iemand gedurende twee uur solo voorop te zien rijden, weet dan dat de tv-uitzendingen een stuk boeiender zijn geworden. Want door toedoen van de nieuwe eigenaars van de Formule 1 volgen de camera’s nu ook de gevechten in de buik van het peloton. Dit voor zover er zich voorin weinig spectaculairs afspeelt, wat overigens een zeldzaamheid is met drie renstallen die geregeld winnen: Ferrari, Mercedes en Red Bull. Geloof ons: er is spektakel!

Members Only freelance reporter

Comments are closed.